DOELGROEPEN

Benaming afdelingen VSO Talryk

Er wordt onderwijs gegeven in verschillende afdelingen, gericht op verschillen in ontwikkelingsperspectief, onderwijsbehoeften en begeleidingsbehoeften.

Doelgroep ZML

Het betreft leerlingen bij wie sprake is van een ernstige structurele beperking in de onderwijsparticipatie die blijkt uit een leerachterstand

Ontwikkelingsperspectief en leerroutes

Het ontwikkelingsperspectief is gericht op uitstroom naar een vorm van dagbesteding (activiteitengericht of arbeidsmatig) en (beschutte) arbeid. Tevens kan er worden uitgestroomd richting vervolgonderwijs (PRO of MBO). In fase 1 en 2 wordt meestal gewerkt met een leerkracht én een onderwijsassistent. De ZML-doelgroep heeft een uitdagende leeromgeving nodig, die uitnodigt om de eigen leefwereld te ontdekken, te verkennen en te vergroten

Doelgroep ZML Intensief
Deze leerlingen hebben, naast een verstandelijke beperking (zie doelgroep ZML), een meer dan gemiddelde behoefte aan structuur en begeleiding. De doorgaans ernstige psychiatrische problematiek van deze leerlingen verstoort in grote mate hun sociale en cognitieve ontwikkeling, hun leerprocessen en hun functioneren op school. Het is voor deze leerlingen moeilijk om zichzelf, het gedrag van andere mensen en hun leefomgeving te interpreteren en te begrijpen. Vaak is de impulsbeheersing voor deze leerlingen een probleem. Dit geeft problemen in omgang met anderen alsook in het organiseren van taken en handelen. Bepalend voor de plaatsing in een klas ZML Intensief is dat de structuur- en begeleidingsbehoefte van de leerling groter is dan de klassen ZML Belevingsgericht en ZML kunnen bieden. De wenselijke groepsgrootte van klas ZML Intensief is afhankelijk van de ernst van de problematiek.

De onderwijsomgeving voor de doelgroep ZML Intensief-doelgroep wordt gekenmerkt door het bieden van extra overzicht en (zo nodig) vermindering van de prikkels die de leerling te verwerken krijgt, maar ook door de mogelijkheid tot het opbouwen van sociale vaardigheden. Het klaslokaal is zo ingedeeld dat elke leerling zijn eigen vaste (soms afgeschermde) werkplek heeft. Aan vrijwel elk klaslokaal is een prikkelarme ruimte gekoppeld waar de leerling zich terug kan trekken om even tot rust te komen of te werken met minder afleiding. Binnen deze begrenzing en met de benodigde begeleiding wordt er zoveel mogelijk een uitdagende leer- omgeving geboden die uitnodigt om zichzelf, de anderen en de eigen leefwereld te ontdekken, te verkennen en te vergroten.

Doelgroep ZML Belevingsgericht

Bij de leerlingen op de afdeling ZML Belevingsgericht is sprake van een matige, ernstige of diepe verstandelijke beperking. Daarnaast is er sprake van een (zeer) grote achterstand in de sociaal-emotionele ontwikkeling (0-5 jaar) en vaak bijkomstige medische en/of psychiatrische problematiek, wat het geheel complex en de leerling zeer kwetsbaar maakt. Kenmerkend voor een leerling ZML Belevingsgericht is:

• de behoefte aan (continue) nabijheid van een volwassene;
• de behoefte aan afwisseling tussen in- en ontspanning;
• de ervaringsgerichte manier van informatieverwerking.

Didactisch uitgangspunt van de klassen ZML Belevingsgericht is dat de lesstof thematisch en ervaringsgericht is en dat elke les een gezamenlijke, klassikale start kent. Individuele instructie wordt afgestemd op de ontwikkelingsfase waarin de leerling zit De individuele doelen worden waar mogelijk geïntegreerd in het groepsaanbod. Daarnaast wordt het aanbod naarmate de leerling ouder wordt meer gericht op het leren van praktische vaardigheden die toepasbaar zijn bij wonen, werken en vrije tijd. Een klas wordt begeleid door een leerkracht en een assistent. Afhankelijk van de specifieke zorgvraag van leerlingen kan het nodig zijn dat er ook een verzorgingsassistent(e) werkzaam is op deze afdeling.
Een klaslokaal voor deze groep is dusdanig ruim dat er diverse ‘hoeken’ gecreëerd kunnen worden. Er is een plek om aan tafel te werken met divers (ontwikkelings)materiaal, een plek om rust in te lassen (bijvoorbeeld een (bed)bank) en een plek waar groeps- of kringactiviteiten kunnen plaatsvinden. De ruimte is rolstoelvriendelijk, d.w.z. voorzien van brede deuren, voldoende ‘draairuimte’ in het lokaal en aangepast meubilair. Er is een grote toiletruimte/badkamer met douche, tillift en douchebrancard aanwezig op de afdeling. Daarnaast is het van belang om voor deze doelgroep op een verantwoorde manier gebruik te maken van kleurencombinaties, kleurcontrasten en verlichting. Dit in verband met mogelijke visusbeperkingen bij de leerlingen. Naast de eigen groepsruimte kan er gebruik gemaakt worden van een keuken, een lokaal voor huishoudkunde, technieklokalen en een belevingsruimte. De belevingsruimte bevindt zich op de afdeling, nabij de klaslokalen.
LACCS
Op Talryk is ervoor gekozen om vanuit de gedachte en de waarden van het LACCS-programma te werken. Dit programma is ontwikkeld door orthopedagogen Kirsten Munsterman en Karin de Geeter. Het uitgangs- punt hiervan is het streven naar een zo goed mogelijk leven voor iedereen. Om dit te bereiken, dient er aandacht te zijn voor en stil te worden gestaan bij de volgende vijf gebieden: Lichamelijk welzijn, Alertheid, Contact, Communicatie en Stimulerende tijdsbesteding. Wanneer het goed voor elkaar is voor de leerling op deze gebieden, is er sprake van een goed leven. Wan- neer het niet goed voor elkaar is op een of meer gebieden, is er werk aan de winkel. Een hulpmiddel om de leerling goed in beeld te krijgen, is het Ontwikkelingsdenken. Het Ontwikkelingsdenken gaat uit van drie fases: de sensatiefase, de klikfase en de begrijpfase. Middels observaties en gesprek- ken met betrokkenen wordt onderzocht in welke fase een leerling zit. Vervolgens wordt er in de begeleiding en het aanbieden van de lesstof aan de leerling afgestemd op de fase waarin hij of zij (op dat moment) zit. Het team van de afdeling ZML-B wordt getraind door LACCS-geschoolde trainers (de orthopedagoog en IB-er van deze afdeling).